Help! Mijn man geeft mij de schuld van onze financiële problemen na de geboorte van ons derde kind

‘Hoe had je dit nou niet kunnen zien aankomen, Sanne?’ Daan’s stem trilt van frustratie terwijl hij de stapel rekeningen op tafel smijt. Het is laat, de kinderen slapen eindelijk, en ik voel de spanning in mijn schouders trekken. Ik wil iets zeggen, maar mijn keel voelt dichtgeknepen.

‘Daan, jij wilde toch zo graag een derde?’ probeer ik zachtjes, maar hij onderbreekt me meteen.

‘Ja, maar jij had toch ook kunnen nadenken? Je weet hoe duur alles is tegenwoordig! De boodschappen, de opvang, alles wordt duurder. En nu zitten we vast.’

Zijn woorden snijden dieper dan ik wil toegeven. Ik kijk naar de foto op de kast: wij samen op het strand in Zandvoort, lachend, hand in hand met onze twee oudste kinderen. Toen leek alles nog zo simpel. Toen was er nog ruimte voor dromen.

Ik weet nog hoe het begon. Daan kwam op een avond thuis na een borrel met zijn broer. ‘Sanne, stel je voor… nog zo’n hummeltje erbij. Het huis is toch groot genoeg? En kijk hoe leuk Lotte en Bram samen spelen. Zou het niet geweldig zijn?’

Ik twijfelde. Mijn baan als verpleegkundige in het ziekenhuis was zwaar, zeker met onregelmatige diensten. Maar Daan was zo enthousiast, zo overtuigend. ‘We redden het wel,’ zei hij steeds. ‘We zijn toch een team?’

Nu voelt het alsof dat team uit elkaar valt. Sinds de geboorte van onze jongste, Mees, is alles veranderd. De nachten zijn korter, het geld lijkt sneller op te raken en Daan is prikkelbaarder dan ooit. Hij werkt overuren bij de gemeente, maar klaagt dat het nooit genoeg is.

‘Misschien moet jij meer gaan werken,’ zegt hij op een avond terwijl hij zijn laptop dichtklapt. ‘Of anders iets goedkopers zoeken voor de opvang.’

Ik voel me schuldig. Alsof ik faal als moeder én als partner. Maar ik weet ook dat ik niet meer uren kan draaien zonder mezelf te verliezen. Mijn moeder zegt altijd: ‘Je kunt niet uit een lege kan schenken.’ Maar wat als die kan allang leeg is?

De spanningen lopen op. Lotte vraagt waarom papa zo vaak boos is. Bram wil niet meer naar voetbal omdat Daan nooit tijd heeft om te kijken. En Mees huilt steeds vaker ’s nachts; misschien voelt hij de onrust ook.

Op een avond barst ik in tranen uit aan tafel. ‘Ik kan dit niet alleen dragen, Daan! Jij wilde dit ook! Waarom geef je mij nu overal de schuld van?’

Hij kijkt me aan, zijn ogen moe en verdrietig. ‘Ik weet het niet meer, Sanne. Ik voel me gewoon zo machteloos. Alles glipt uit mijn handen.’

Voor het eerst in maanden praten we echt met elkaar. Over onze angsten, onze teleurstellingen, onze dromen die nu zo ver weg lijken. We maken ruzie, we huilen, we zwijgen samen op de bank terwijl buiten de regen tegen het raam tikt.

De dagen daarna proberen we kleine dingen te veranderen. We maken samen een budget, schrappen de dure boodschappen en zoeken naar tweedehands kleding voor de kinderen. Ik vraag minder nachtdiensten aan en Daan probeert minder over te werken zodat hij er vaker kan zijn voor het gezin.

Maar het blijft moeilijk. Soms voel ik me nog steeds alleen in deze strijd. Mijn schoonmoeder vindt dat ik niet moet zeuren: ‘Vroeger hadden wij het veel zwaarder.’ Mijn vriendinnen lijken allemaal hun zaakjes beter op orde te hebben.

Toch zijn er ook lichtpuntjes. Als Mees lacht in zijn slaap of als Lotte haar broertje troost na een valpartij, weet ik weer waarom we hiervoor kozen. Maar soms vraag ik me af: was dit het waard? Had ik harder moeten zijn toen Daan over een derde kind begon? Of is dit gewoon wat het leven is – vallen, opstaan en proberen samen verder te gaan?

Ik deel mijn verhaal omdat ik weet dat ik niet de enige ben die worstelt met schuldgevoelens en verwachtingen binnen een gezin. Hoe gaan anderen hiermee om? Is liefde genoeg om door moeilijke tijden heen te komen? Of zijn er momenten waarop je moet kiezen voor jezelf?

Soms kijk ik naar Daan en vraag ik me af: kunnen we elkaar weer vinden in deze chaos? Of zijn we elkaar onderweg kwijtgeraakt? Wat zouden jullie doen als je in mijn schoenen stond?