Alleen met mijn schoondochter: Wanneer familie niet is wat het lijkt

‘Waarom kijk je zo naar me, Anja?’ Katelijne’s stem trilt, haar hand rust beschermend op haar zwangere buik. Ik slik, voel mijn hart bonzen in mijn borst. De stilte in de woonkamer is dik en zwaar, alleen onderbroken door het zachte tikken van de klok aan de muur. Buiten regent het, dikke druppels slaan tegen het raam, alsof ze willen binnenkomen en getuige zijn van wat zich hier afspeelt.

‘Ik kijk niet…’ begin ik, maar mijn stem klinkt schor. ‘Ik probeer gewoon te begrijpen wat er aan de hand is.’

Katelijne draait haar hoofd weg. Ze zit al dagenlang op de bank, haar ogen rood van het huilen. Mijn zoon, Daan, is sinds maandag op zakenreis naar Groningen. Het was de bedoeling dat ik op Katelijne zou letten, haar gezelschap houden. Maar sinds gisteren voel ik dat er iets niet klopt. Ze neemt haar telefoon overal mee naartoe, zelfs naar het toilet. Ze schrikt op bij elk geluid. En vannacht hoorde ik haar zachtjes praten in de keuken, terwijl ze dacht dat ik sliep.

Ik ben altijd een moeder geweest die alles wil weten, die haar gezin beschermt tegen de buitenwereld. Maar nu voelt het alsof ik buitenstaander ben in mijn eigen huis. Mijn huis, dat ineens niet meer veilig voelt.

‘Wil je thee?’ vraag ik uiteindelijk, om de spanning te breken.

‘Nee, dank je.’ Haar stem is zacht, bijna onhoorbaar.

Ik loop naar de keuken en zet water op. Mijn handen trillen als ik de kopjes pak. In mijn hoofd woedt een storm: Wat verbergt ze? Waarom vertrouwt ze me niet? En waarom heeft Daan me niet verteld dat er iets mis is?

Plotseling hoor ik haar telefoon trillen op tafel. Ze heeft hem laten liggen. Mijn hart slaat over. Ik weet dat het verkeerd is, maar ik kan de verleiding niet weerstaan. Ik pak het toestel op en zie een bericht van een onbekend nummer: ‘Alles geregeld. Zeg niets tegen Anja.’

Mijn adem stokt. Alles geregeld? Wat is er geregeld? En waarom mag ik het niet weten?

Voordat ik verder kan lezen, komt Katelijne de keuken binnenstormen. Haar ogen schieten vuur als ze ziet dat ik haar telefoon vasthoud.

‘Wat doe je?!’ gilt ze.

‘Ik… Ik wilde alleen maar…’ stamelde ik.

Ze grist het toestel uit mijn hand en draait zich om. Haar schouders schokken van het huilen.

‘Waarom vertrouw je me niet?’ fluistert ze.

‘Omdat jij mij ook niets vertelt!’ roep ik terug, harder dan ik bedoel.

De stilte die volgt is ondraaglijk. Ik voel me schuldig, maar ook boos. Dit is mijn huis, mijn familie. Waarom word ik buitengesloten?

Die nacht kan ik niet slapen. Ik hoor Katelijne snikken in haar kamer. Mijn gedachten razen: Wat als Daan iets verbergt? Wat als Katelijne iets van plan is?

De volgende ochtend zit Katelijne al aan tafel als ik beneden kom. Haar gezicht is bleek, haar ogen dof.

‘We moeten praten,’ zegt ze zonder op te kijken.

Ik ga tegenover haar zitten, mijn handen gevouwen in mijn schoot.

‘Daan…’ begint ze aarzelend. ‘Daan heeft schulden.’

Het voelt alsof de grond onder mijn voeten wegzakt.

‘Wat voor schulden?’ vraag ik met trillende stem.

‘Gokschulden,’ fluistert ze. ‘Hij heeft geld geleend bij mensen waar je geen geld van wilt lenen.’

Mijn hoofd duizelt. Mijn Daan? Mijn slimme, verantwoordelijke zoon?

‘Waarom heb je niets gezegd?’

Ze haalt haar schouders op. ‘Hij schaamt zich. En… hij dacht dat hij het kon oplossen voordat jij erachter kwam.’

Ik voel woede opborrelen, maar ook verdriet. Hoe kon hij denken dat hij dit alleen moest doen?

‘En dat bericht?’ vraag ik voorzichtig.

Katelijne kijkt me eindelijk aan. ‘We moesten geld regelen voor zijn schulden. Ik heb contact opgenomen met zijn oude vriend Bas… Hij zou helpen, maar alleen als we iets terugdoen.’

‘Wat dan?’

Ze slikt zichtbaar. ‘Bas wil dat Daan hem helpt met een klus… iets illegaals.’

Mijn maag draait om.

‘Dat mag niet gebeuren,’ zeg ik vastbesloten.

Katelijne knikt langzaam. ‘Daarom wilde ik je bellen vannacht… Maar ik durfde niet.’

Ik pak haar hand vast. Voor het eerst voel ik geen afstand meer tussen ons, alleen angst en wanhoop.

‘We moeten Daan bellen,’ zeg ik.

Samen bellen we hem op zijn hotelkamer in Groningen. Zijn stem klinkt moe en gespannen.

‘Mam? Katelijne? Wat is er?’

Ik slik de brok in mijn keel weg en vertel hem wat we weten.

Er valt een lange stilte aan de andere kant van de lijn.

‘Het spijt me,’ zegt hij uiteindelijk zachtjes. ‘Ik wilde jullie beschermen.’

‘Je hoeft ons niet te beschermen door te liegen,’ zeg ik streng maar liefdevol.

Daan zucht diep. ‘Ik weet het… Maar nu zit ik erin vast.’

We spreken af dat hij direct naar huis komt en samen zoeken we hulp bij een schuldhulpverlener in Utrecht. De weken die volgen zijn zwaar: Daan moet zijn fouten onder ogen zien, Katelijne worstelt met haar vertrouwen in hem, en ik probeer ons gezin bij elkaar te houden terwijl alles lijkt te breken.

Op een avond zit ik alleen aan tafel, kijkend naar een oude foto van ons gezin tijdens een vakantie in Zeeland. We lachen allemaal, onbezorgd en gelukkig. Hoe kon het zo misgaan?

Katelijne komt naast me zitten en legt haar hand op mijn arm.

‘Dank je dat je me geloofde,’ zegt ze zachtjes.

Ik glimlach flauwtjes. ‘We hebben elkaar nodig nu.’

De baby wordt geboren op een regenachtige ochtend in mei. Terwijl ik mijn kleindochter voor het eerst vasthoud, voel ik hoop – ondanks alles wat er gebeurd is.

Toch blijft de vraag knagen: Hoeveel geheimen kan een familie verdragen voordat alles onherstelbaar beschadigd raakt? En wat zou jij doen als je moest kiezen tussen zwijgen of alles aan het licht brengen?