Elke Maand Stuurt Mijn Zoon Mij Stiekem Geld: Het Geheim Dat Onze Familie Bijna Brak
‘Mam, alsjeblieft, beloof me dat je het nooit aan Sophie vertelt. Dit is tussen ons.’
Zijn stem trilde, maar zijn blik was vastberaden. Ik keek naar het bedrag op mijn bankrekening – weer zo’n groot bedrag, overgemaakt door Alexander. Mijn hart sloeg een slag over. Ik wist dat hij het goed bedoelde, maar elke maand groeide mijn schuldgevoel. Waarom moest dit geheim blijven? Waarom mocht zijn vrouw, Sophie, niet weten dat haar man zijn moeder financieel ondersteunde?
Ik ben altijd trots geweest op Alexander. Als alleenstaande moeder heb ik hem opgevoed na het vertrek van zijn vader, Erik. Erik verdween toen Alexander nog maar drie was. Geen alimentatie, geen telefoontjes, niets. Alleen de stilte en de lege plek aan tafel. Het enige wat ik had, was het kleine appartement in Utrecht dat ik van mijn tante erfde. Daar heb ik Alexander grootgebracht, met liefde en moeite, tussen de stapels rekeningen en de geur van goedkope koffie.
Toen Alexander zijn eerste baan kreeg bij de gemeente, bracht hij bloemen mee. ‘Voor jou, mam. Omdat je alles voor me hebt gedaan.’ Ik huilde die avond in stilte, terwijl hij sliep op de bank omdat zijn kamer vol dozen stond. Hij was altijd zo zorgzaam, zo attent.
Maar nu, jaren later, is er iets veranderd. Sinds hij met Sophie is getrouwd – een slimme, ambitieuze vrouw uit Amersfoort – lijkt er een afstand tussen ons te zijn gegroeid. Sophie is vriendelijk, maar zakelijk. Ze houdt van orde en duidelijkheid. Alles wordt besproken, gepland en verantwoord. En ik? Ik ben een rommelige moeder met te veel herinneringen en te weinig pensioen.
‘Mam, ik weet dat je het moeilijk hebt,’ zei Alexander op een avond toen hij langs kwam. ‘Laat me je helpen. Maar Sophie hoeft dit niet te weten. Ze zou zich zorgen maken over onze financiën.’
‘Maar lieverd…’ probeerde ik nog.
‘Nee mam, alsjeblieft. Dit is mijn keuze.’
Ik stemde toe, tegen beter weten in. Elke maand kwam er geld binnen – genoeg om de huur te betalen, boodschappen te doen en af en toe iets leuks voor mezelf te kopen. Maar elke keer als Sophie belde om te vragen of ik kwam eten, voelde ik me schuldig. Alsof ik iets stal van haar.
Het geheim begon te knagen. Tijdens verjaardagen zat ik zwijgend aan tafel terwijl Sophie vertelde over hun spaardoelen: een groter huis, een tweede auto, misschien zelfs kinderen. Alexander knikte braaf mee, maar ik zag de spanning in zijn kaaklijn.
Op een dag stond Sophie onverwacht voor mijn deur.
‘Hoi Marja,’ zei ze met haar gebruikelijke glimlach. ‘Mag ik even binnenkomen?’
Mijn hart bonsde in mijn borstkas. Had ze iets door?
Ze keek rond in mijn appartement en haar blik bleef hangen op de nieuwe gordijnen.
‘Wat ziet het er gezellig uit hier,’ zei ze langzaam.
‘Dank je,’ stamelde ik.
‘Alexander zei laatst dat je het financieel zwaar had… Maar zo ziet het er niet uit.’
Ik voelde mijn wangen gloeien. ‘Ach, soms valt het mee…’
Ze knikte langzaam en veranderde van onderwerp, maar haar ogen bleven onderzoekend.
Die avond belde Alexander in paniek.
‘Mam, wat heb je gezegd tegen Sophie?’
‘Niets! Ze vroeg alleen naar de gordijnen…’
‘Ze denkt nu dat ik tegen haar lieg!’
De spanning liep op. Alexander werd stiller aan de telefoon, onze gesprekken werden korter. Sophie nodigde me minder vaak uit. Op een dag kreeg ik een berichtje van Alexander: ‘Mam, we moeten praten.’
We spraken af in een café aan de Oudegracht. Hij zat al te wachten met een kop koffie voor zich.
‘Sophie heeft mijn bankafschriften gezien,’ begon hij zonder omwegen.
Mijn maag draaide om.
‘Ze weet alles?’
Hij knikte. ‘Ze is woedend. Ze voelt zich verraden.’
Ik voelde tranen prikken achter mijn ogen. ‘Het spijt me zo…’
Alexander pakte mijn hand vast. ‘Het is niet jouw schuld, mam. Ik wilde jou helpen én haar beschermen tegen zorgen… Maar nu ben ik alles kwijt.’
De weken daarna waren een hel. Sophie trok tijdelijk bij haar ouders in en Alexander bleef alleen achter in hun huis. Hij belde me minder vaak; als hij belde was hij kortaf of verdrietig.
Op een avond stond hij ineens voor mijn deur, ogen rood van het huilen.
‘Mam… Ik weet niet meer wat ik moet doen,’ snikte hij.
Ik sloeg mijn armen om hem heen en voelde hoe klein hij weer werd in mijn armen – net als vroeger na een nachtmerrie.
‘Misschien moet je eerlijk zijn tegen haar,’ fluisterde ik.
‘Maar wat als ze me niet vergeeft?’
‘Dan heb je in elk geval geprobeerd het goed te maken.’
De volgende dag belde hij me op.
‘We hebben gepraat,’ zei hij zachtjes. ‘Ze begrijpt nu waarom ik het deed… Maar ze zegt dat vertrouwen tijd nodig heeft om te herstellen.’
Er viel een last van mijn schouders, maar het schuldgevoel bleef knagen. Was dit allemaal mijn schuld? Had ik moeten weigeren?
Maanden gingen voorbij. Langzaam kwam er weer contact tussen Sophie en mij – voorzichtig, aftastend. Op een dag nodigde ze me uit voor het avondeten.
‘Marja,’ zei ze terwijl ze de tafel dekte, ‘ik snap nu beter waarom Alexander jou wilde helpen. Maar beloof me dat we voortaan eerlijk zijn tegen elkaar.’
Ik knikte dankbaar en voelde eindelijk weer wat rust in mijn hart.
Toch blijft er iets wringen als ik naar Alexander kijk – die zorgzame jongen die altijd alles voor anderen doet, zelfs ten koste van zichzelf.
Hebben we elkaar niet juist verloren door al dat zwijgen? Is liefde soms niet juist eerlijk durven zijn?
Wat zouden jullie hebben gedaan als jullie in mijn schoenen stonden? Zou je het geheim bewaren of alles opbiechten?