Toen Mijn Leven Niet Meer Van Mij Was: Het Verhaal van een Nederlandse Oma
‘Mam, kun je morgen om zeven uur bij ons zijn? Joris moet vroeg naar zijn werk en ik heb die belangrijke vergadering.’
De stem van mijn dochter Marieke klinkt gehaast aan de telefoon. Ik kijk naar de klok. Het is al laat, mijn kopje thee is koud geworden. ‘Natuurlijk, lieverd,’ hoor ik mezelf zeggen, terwijl ik diep vanbinnen een steek van teleurstelling voel. Morgen zou ik eindelijk met mijn vriendin Anja naar het museum gaan. Maar dat kan wel weer een andere keer, toch?
Nooit had ik gedacht dat ik op mijn vijfenzestigste weer elke ochtend een wekker moest zetten. Na veertig jaar werken in de bibliotheek van Utrecht had ik me verheugd op rustige ochtenden, lange wandelingen door het Wilhelminapark en eindeloze stapels boeken. Maar sinds de geboorte van mijn tweede kleinkind ben ik fulltime oma geworden. Het begon met af en toe oppassen, maar nu lijkt het alsof mijn leven volledig in het teken staat van de kinderen van Marieke en haar broer Bas.
‘Oma, waar is mijn broodtrommel?’ roept Lotte terwijl ze met haar jas in de hand door de gang rent. ‘En waar is mijn gymtas?’
‘Rustig maar, meisje,’ zeg ik terwijl ik haar spullen bij elkaar zoek. Mijn handen trillen een beetje. Ik ben moe, maar niemand lijkt het te merken. Bas komt binnenvallen met kleine Bram op zijn arm. ‘Mam, kun je Bram vandaag ook meenemen naar het consultatiebureau? Ik red het niet met werk.’
‘Ja hoor,’ zeg ik weer. Mijn stem klinkt opgewekt, maar in mijn hoofd schreeuw ik: wanneer is het genoeg?
’s Avonds zit ik alleen aan tafel. De stilte in huis is oorverdovend. Mijn man Jan is vijf jaar geleden overleden en sindsdien ben ik gewend geraakt aan het alleen zijn. Maar nu verlang ik naar echte rust, niet deze constante drukte die niet eens van mijzelf is.
Op een dag, als ik Lotte naar school breng, kom ik Anja tegen. Ze kijkt me onderzoekend aan. ‘Je ziet er moe uit, Els.’
Ik lach flauwtjes. ‘Het is gewoon druk met de kleintjes.’
‘Maar wanneer doe je eens iets voor jezelf?’ vraagt ze zacht.
Die vraag blijft de hele dag in mijn hoofd hangen. Wanneer heb ik voor het laatst iets voor mezelf gedaan? Mijn schildersezel staat stof te vangen in de hoek van de kamer. Mijn favoriete boek ligt ongelezen op het nachtkastje.
’s Avonds probeer ik met Marieke te praten.
‘Marieke, ik wil graag weer wat meer tijd voor mezelf hebben,’ begin ik voorzichtig.
Ze kijkt verbaasd op van haar telefoon. ‘Maar mam, je vindt het toch leuk om bij de kinderen te zijn? Ze zijn dol op je!’
‘Dat klopt,’ zeg ik zacht. ‘Maar soms voelt het alsof jullie verwachten dat ik er altijd ben.’
Marieke zucht. ‘We hebben je echt nodig, mam. Zonder jou redden we het niet.’
Ik voel me schuldig. Ben ik egoïstisch als ik wat tijd voor mezelf wil? Of zijn zij egoïstisch omdat ze alles vanzelfsprekend vinden?
De weken gaan voorbij en mijn dagen vullen zich met boterhammen smeren, luiers verschonen en eindeloze ritjes naar school en sportclubjes. Mijn vrienden zie ik nauwelijks meer. Op een avond belt Anja weer.
‘Els, kom je vrijdag mee naar de film? Gewoon even eruit.’
Ik twijfel. Marieke heeft me gevraagd om op te passen omdat ze een avondje uit wil met Joris.
‘Ik weet het niet,’ mompel ik.
‘Wanneer kies je eens voor jezelf?’ zegt Anja fel.
Die nacht lig ik wakker. De woorden van Anja en Marieke vechten in mijn hoofd om voorrang. Ik voel me verscheurd tussen loyaliteit aan mijn kinderen en trouw aan mezelf.
Op een ochtend sta ik op het schoolplein als Bas me belt.
‘Mam, kun je Bram vandaag ophalen? Ik zit vast in een vergadering.’
‘Bas…’ begin ik aarzelend, ‘ik kan vandaag echt niet. Ik heb een afspraak.’
Het blijft even stil aan de andere kant.
‘Oké,’ zegt hij kortaf. ‘Dan regel ik wel iets anders.’
Voor het eerst voel ik me niet schuldig, maar opgelucht.
Die middag ga ik met Anja naar het museum. We dwalen langs schilderijen en praten over vroeger, over dromen die we hadden en plannen die we maakten.
Als ik thuiskom, staat Marieke voor de deur. Haar gezicht staat gespannen.
‘Waarom was je er niet vandaag? Lotte was verdrietig omdat jij haar niet kwam ophalen.’
Ik adem diep in. ‘Marieke, ik ben altijd beschikbaar geweest. Maar ik ben ook nog iemand anders dan alleen jullie moeder en oma.’
Ze kijkt me boos aan. ‘Dus wij zijn niet belangrijk genoeg?’
‘Dat zeg ik niet,’ antwoord ik zacht. ‘Maar als jullie mij blijven gebruiken zonder te vragen hoe het met mij gaat… dan raak ik mezelf kwijt.’
Er valt een pijnlijke stilte.
De dagen daarna is het contact koel. Ik voel me schuldig én opgelucht tegelijk. Voor het eerst in jaren schilder ik weer; kleuren vloeien over het doek als tranen die eindelijk mogen stromen.
Langzaam verandert er iets. Marieke belt minder vaak, Bas regelt vaker zelf opvang voor Bram. Soms voel ik me overbodig, maar steeds vaker voel ik ruimte om adem te halen.
Op een zondagmiddag zit ik op mijn balkon met een kop thee en kijk naar de lucht boven Utrecht. Ik denk aan alles wat geweest is – aan liefde, aan opoffering, aan grenzen stellen.
Hebben we als moeders niet allemaal recht op ons eigen leven? Of is dat egoïsme? Wat vinden jullie: wanneer mag je als ouder of grootouder eindelijk kiezen voor jezelf?