Help! Mijn Zoon Praat Niet Meer Met Mij Door Zijn Vriendin
‘Daan, alsjeblieft, luister nou even naar me!’ Mijn stem trilt terwijl ik hem probeer tegen te houden in de gang. Zijn jas hangt half over zijn schouder, zijn blik is koud. ‘Mam, ik heb hier geen zin meer in. Je blijft je overal mee bemoeien.’
Ik voel het als een stomp in mijn maag. Daan, mijn enige zoon, kijkt me aan alsof ik een vreemde ben. Sinds hij weer samen is met Sophie, is alles veranderd. De jongen die altijd zijn zorgen met mij deelde, die op zondagmiddag samen met mij appeltaart bakte, is verdwenen. In plaats daarvan staat er nu een jonge man voor me die zijn schouders ophaalt en de deur achter zich dichttrekt zonder nog iets te zeggen.
Het begon allemaal een paar maanden geleden. Daan kwam thuis met rode ogen en trillende handen. ‘Ze heeft het uitgemaakt, mam,’ fluisterde hij toen. Ik sloeg mijn armen om hem heen, voelde hoe zijn schouders schokten van het huilen. Sophie had hem laten vallen voor een ander, zomaar, zonder uitleg. Ik heb hem wekenlang getroost, samen films gekeken, zijn favoriete stamppot gemaakt. En toen, ineens, was ze er weer. Alsof er niets gebeurd was.
‘Daan, je weet toch nog hoe ze je heeft behandeld?’ probeerde ik voorzichtig toen hij vertelde dat ze weer contact hadden. Hij keek weg, zijn wangen rood. ‘Mensen maken fouten, mam. Ze heeft spijt.’
Vanaf dat moment veranderde alles. Daan was steeds vaker weg, at niet meer mee, reageerde kortaf op mijn berichten. Op een avond hoorde ik hem beneden fluisteren aan de telefoon. ‘Nee, ze begrijpt het gewoon niet… Ja, ik weet het… Ik kom zo naar je toe.’
Ik voelde me machteloos. Mijn moederhart schreeuwde dat ik hem moest beschermen, maar elke poging om met hem te praten eindigde in ruzie. ‘Waarom vertrouw je haar niet? Waarom laat je me niet gewoon gelukkig zijn?’ riep hij op een avond uit. Zijn stem brak halverwege de zin.
Mijn zus Marieke kwam langs voor koffie. ‘Je moet hem loslaten,’ zei ze zacht terwijl ze haar hand op de mijne legde. ‘Hij moet zijn eigen fouten maken.’ Maar hoe laat je los als je ziet dat je kind zich opnieuw in het ongeluk stort?
De spanning in huis werd ondraaglijk. Op een zaterdagmiddag stond Sophie ineens voor de deur. Ze glimlachte beleefd, maar haar ogen weken geen moment van Daan. ‘Hoi mevrouw Van Dijk,’ zei ze met haar zoete stem. ‘Mag ik even met Daan praten?’
Ik knikte stijfjes en liep naar de keuken, maar kon elk woord horen door de dunne muren.
‘Je moeder mag me niet,’ fluisterde Sophie.
‘Ze bedoelt het goed,’ antwoordde Daan zacht.
‘Ze wil ons uit elkaar drijven.’
Die avond kwam Daan niet thuis slapen. Zijn kamer bleef leeg en koud. Ik lag wakker, luisterend naar het tikken van de regen tegen het raam.
De dagen erna probeerde ik hem te bellen, te appen – geen reactie. Alleen een kort berichtje: ‘Ik heb even ruimte nodig.’
Op mijn werk kon ik me nergens op concentreren. Collega’s vroegen of alles goed ging, maar ik lachte het weg. Thuis staarde ik naar oude foto’s van Daan als kleine jongen: zijn eerste schooldag, zijn zwemdiploma, die keer dat hij met modderige knieën thuiskwam na een middag voetballen in het park.
Ik dacht aan zijn vader, die jaren geleden bij ons wegging en sindsdien nauwelijks contact heeft gezocht. Misschien ben ik te beschermend geweest, dacht ik bitter. Misschien ben ik bang om ook hem kwijt te raken.
Op een avond stond Marieke weer op de stoep met een fles wijn en een zak chips.
‘Je moet echt iets voor jezelf gaan doen,’ zei ze streng. ‘Ga naar yoga of schilderles of zoiets.’
Maar hoe vul je de leegte als je kind je niet meer nodig lijkt te hebben?
Weken gingen voorbij zonder nieuws van Daan. Totdat ik op een zondagmiddag boodschappen deed bij de Albert Heijn en hem ineens zag staan bij de kassa – hand in hand met Sophie.
Mijn hart sloeg over. Hij keek me aan, aarzelde even en knikte toen kort.
‘Hoi mam,’ zei hij zacht.
Sophie trok hem mee naar buiten voordat ik iets kon zeggen.
Thuis barstte ik in tranen uit. Ik voelde me verraden en machteloos tegelijk.
’s Avonds belde Marieke weer.
‘Je moet hem laten weten dat je er altijd voor hem bent, wat er ook gebeurt,’ zei ze.
Dus schreef ik een brief:
‘Lieve Daan,
Ik mis je verschrikkelijk. Wat er ook gebeurt tussen jou en Sophie – jij blijft altijd mijn zoon en ik zal altijd van je houden. Mijn deur staat altijd voor je open.’
Ik stopte de brief in zijn brievenbus en liep huilend terug naar huis.
Een week later lag er een briefje op mijn deurmat:
‘Mam,
Ik heb tijd nodig om dingen uit te zoeken. Ik weet dat je het goed bedoelt, maar dit moet ik zelf doen.
Daan’
Het deed pijn, maar ergens voelde ik ook opluchting: hij had tenminste gereageerd.
Nu is het alweer maanden geleden dat we echt gesproken hebben. Soms zie ik op Facebook een foto van hem en Sophie op het strand van Scheveningen of bij een concert in Paradiso. Hij lacht – maar ik weet niet of het echt is.
Elke avond steek ik een kaarsje aan bij zijn foto en hoop ik dat hij op een dag weer thuiskomt. Dat hij begrijpt dat liefde soms betekent dat je iemand los moet laten – ook al breekt het je hart.
Misschien is dit wat ouderschap echt betekent: leren loslaten, zelfs als alles in je schreeuwt om vast te houden.
Hebben jullie ooit zoiets meegemaakt? Hoe leer je vertrouwen als je bang bent om iemand kwijt te raken? Ik vraag me af: wanneer is liefde beschermen en wanneer wordt het verstikken?